Nu Moestafa Abdel Jalil, voorzitter van de Nationale Overgangsraad in Libië, heeft bevestigd dat de grondwet van het nieuwe land de sharia zal zijn, hoop ik dat het eindelijk afgelopen is met het domme gejuich rond de zogenaamde Arabische Lente. Helaas zou het evengoed kunnen dat woonkamersympathisanten van de schreeuwende, ‘vreugdeschoten lossende’ Gaddafi-lynchers, toegewijd als ze zijn aan hun nieuwe vocatie: lijnrecht tegenover Wilders staan, vinden dat die arme sharia wel eens in het zonnetje gezet mag worden.
Het is komisch om te zien hoe dezelfde ruimgeklede activisten die altijd hun mond vol hebben over politiegeweld en die, wanneer er een camera in de buurt is, niet weten hoe snel ze een V-teken moeten maken, het prima lijken te vinden wanneer een ander land een theocratisch rechtssysteem met lijfstraffen invoert. Evenals hun aartsvijand Wilders misbruiken zij graag het idee van vrijheid (voor zover een bloedige revolutie daaraan beantwoordt) om het tegenovergestelde van vrijheid te excuseren. Theocratie is volgens hen een acceptabel gevolg van godsdienstvrijheid: ‘Als die mensen de sharia willen, wie zijn wij dan om erover te oordelen? Het is toch hun land en hun cultuur?’ Maar wie zijn dat eigenlijk precies, ‘die mensen’? Het handjevol islamisten dat nu bezig is de macht te grijpen? Of de miljoenen laagopgeleide moslims die zich inbeelden dat ze het beter gaan krijgen (dan de niet-moslims)?
Ik begrijp niet hoe iemand die zichzelf links noemt, het gedachtegoed van een Moestafa Abdel Jalil de voorkeur kan geven boven dat van Geert Wilders. De PVV heeft namelijk ook linkse elementen, maar met uitzondering van het ‘renteloos bankieren’, waarin ik vooral een weinig doordachte poging zie moreler over te komen dan de joden, kan ik die vooralsnog niet onderscheiden in de sharia. Een politicus als Jalil zou in ons politieke spectrum waarschijnlijk zo ver aan de rechter kant zitten dat we speciaal voor hem het spectrum drie keer zo breed zouden moeten maken. Vergeleken met hem zit Wilders bij Cohen op schóót. Toch staan de progressieven erop de revolutie in het Midden-Oosten als een soort ‘sliep uit’ aan de PVV te zien. Liever zien zij Libië veranderen in een tweede Iran, dan dat ze hun ‘multicultureligieuze’ koortsdroom opgeven.