Weinig komt mistroostiger op mij over dan een ondernemer die zichzelf De Concurrent noemt; hij kroont daarmee altijd een ánder tot marktleider. De Wasmachineconcurrent zal nooit het monopolie op wasmachines in handen krijgen. De Beddenconcurrent heeft nooit een primeur.
Concurreren komt van het Latijnse woord voor ‘mee-rennen’. De zelfbenoemde Concurrent rent mee met de marktleider, zonder ooit van zins te zijn die in te halen. Als de marktleider voor hem uit loopt, zet De Concurrent een tandje bij. Raakt hij te ver achter, kiest hij een ander om te beconcurreren. Zou de leider plotseling vallen en De Concurrent een koppositie bezorgen, belandt deze in een crisis. Hij heeft geen mikpunt meer, geen toetssteen en raakt in verwarring. Hij zal vaart verliezen door achterom te kijken, struikelen over zijn eigen benen of de horizon als marktleider gaan zien en zichzelf kapot rennen, tot iemand anders de leiding overneemt en hij weer De Concurrent wordt.
Een akelig herkenbaar profiel. Nu is het duidelijk dat een ondernemer die zichzelf bij voorbaat De Concurrent noemt hooguit spéélt dat hij de leider naar de kroon steekt. Maar hoeveel gedoodverfde mededingers zouden er zijn, die zich werkelijk inbeelden dat hun identiteit als bij toverslag zal veranderen in die van een aanvoerder, zodra ze eenmaal voorop lopen? Mistroostiger dan de ondernemer die zichzelf De Concurrent noemt, is de ondernemer die zichzelf ‘aanstormend’ noemt, maar in werkelijkheid De Concurrent is — en nooit iets anders zal zijn dan dat.