‘De mijne is veel mooier dan de jouwe,’ zongen Van Kooten en De Bie ooit.
Zij hadden het over een auto, wij weten nu dat die auto een metafoor was voor God. Iedereen vindt zijn eigen God het mooist en het minst gewelddadig.
Voor menselijk geweld is religie hoe dan ook een magere verklaring.
Nazisme en stalinisme hadden geen monotheïsme nodig voor massamoord.
Pol Pot kon zonder.
De oorlog in Vietnam had weinig met monotheïsme te maken.
De ervaring in Irak leert dat de gemiddelde strijder die in naam van Allah bommen legt, bereid is voor geld daarmee op te houden.
Wie menselijk gedrag wil verklaren kan zich beter concentreren op economische verlangens.
‘Follow the money,’ luidt een Amerikaans gezegde.
Zij die terrorisme willen verklaren, moeten niet God volgen, maar de geldstroom.
God kan wellicht zonder geld, zijn volgelingen niet.
Arnon Grunberg in de Volkskrant, zaterdag 8 januari 2011.
Beste Arnon,
wat dacht je van religie als wereldwijd excuus voor geweld, de retoriek die vreedzame mensen tot misdaden verplicht, het masker zonder kijkgaten van hebzucht en machtswellust? Is dat wellicht onze concentratie waard of ook niet?
Wil je zeggen dat nazisme en stalinisme geen religieuze/monotheïstische trekjes hadden? Geen spoor van idolatrie, zendingsdrang of een bovenmenselijke roeping in die twee bewegingen? De persoon van Stalin werd niet verheerlijkt? Hitler is nooit aanbeden? De ariërs waren geen uitverkoren volk? Antisemitisme heeft geen wortels in het christendom?
Voor we achterliggende motieven bloot kunnen leggen, moeten eerst de vrome voorwendselen uit de weg. Jouw stukje brengt dat doel niet dichterbij. Met de geijkte ‘atheïstische drie-eenheid’ Hitler, Stalin en Pol Pot steun je gelovigen in hun arrogantie ten opzichte van niet-gelovigen. Dat kan onmogelijk je bedoeling zijn.
Om Van Kooten en De Bie hier aan te halen is helemaal geen metafoor nodig. In een ander liedje zongen ze immers: ‘Onze God is de beste, onze God is kampioen. Daarom zijn wij in het Westen relatief in goede doen.’ God is geen verklaring voor onze driften, wel een smoes voor het blindelings uitleven ervan.
Met vriendelijke groet,
Kasper C. Jansen