Skip to content

Mensenclub

Als ik alleen ben, wil ik nog wel eens de wijkgids uit mijn lectuurbak halen om te zien bij wat voor clubs de eenzame buurtbewoner zich aan kan sluiten. Dit blijken dan veelal hobbyclubs te zijn. Ik weet wel dat zoiets als een biljartclub alleen maar ‘biljartclub’ heet, omdat de club nu eenmaal een naam moet hebben en niet omdat er vooral gebiljart wordt, want dan zouden er zoveel ‘zuip- en ouwehoerclubs’ zijn dat het zou lijken of mensen niets liever deden dan zuipen en ouwehoeren, wat natuurlijk wel zo is. Toch, ondanks deze kanttekening, staat dat afbakenende woord ‘biljart’ of ‘schaak’ of ‘toneel’ me telkens zo tegen dat ik de wijkgids niet terug in de lectuurbak leg, maar weggooi met een teleurgesteld ‘ziezo’.

De oplettende lezer kijkt nu naar de titel van mijn verhaal en trekt de conclusie dat ik ofwel op een dag een ‘mensenclub’ tegengekomen zal zijn in de wijkgids, ofwel, ten einde raad, zelf een dergelijke club op poten zal hebben gezet. Nu ik dit gesteld heb, verwacht de oplettende lezer dat ik beide mogelijkheden zal verwerpen om met een derde, onvoorziene optie aan te komen zetten. Nee hoor. Ik heb niet de bedoeling mijn lezers te verrassen.

Op een dag las ik in de wijkgids de volgende advertentie:

mensenclub.

voor mensen.

geïnteresseerden: 4 november 16.30 uur in zaal djibouti van het wijkcentrum.

Het eerste wat me opviel was dat de schrijver wel aan punten gedacht had, maar niet aan hoofdletters. Ik heb eens gehoord dat zoiets typerend is voor hen, die steeds met het einde van het leven bezig zijn en er ondertussen maar niet mee lijken te kunnen beginnen. Tegelijkertijd hadden die punten iets provocatiefs.

Daar zou ik toch eigenlijk eens naartoe moeten gaan, dacht ik, en bleef er weg.

Eén commentaar