Skip to content

Scheiding van kerk en staat

Mijn buitenlandse collegae kijken me soms alleen maar vragend aan. Ik ga daar ontspannen en standvastig mee om. Dan leg ik ze uit dat wij in Nederland een coalitie van twee partijen hebben, die op bepaalde punten een overeenkomst hebben met de PVV. Die partij zit niet in de regering omdat ze de islam als een politieke ideologie ziet, terwijl wij het als een godsdienst zien. Ik vertel ze ook dat bij ons de vrijheid van godsdienst en de vrijheid van meningsuiting soms botsen en dat een rechter dat dan beslecht. Op de NAVO-top in Lissabon heb ik dat met Mark Rutte uitgelegd aan de Turkse president en mijn collega van Buitenlandse zaken. Daarop zei hij: O, zit dat zo! En ze waren tevreden.

Minister van Buitenlandse Zaken Uri Rosenthal in een interview met de Volkskrant, zaterdag 11 december 2010.

Dank u, meneer Rosenthal. U heeft ‘ontspannen en standvastig’ aan de Turken uitgelegd hoe ‘wij in Nederland’ niet accepteren dat een godsdienst ook een politieke kant kan hebben. Godsdiensten mogen wel oproepen tot het overtreden van de wet, maar de wet zal nooit oproepen tot het inperken van godsdiensten. Dat vinden wij hier fascistisch.

Onze formidabele scheiding van kerk en staat heeft godsdienst compleet losgemaakt van al het andere, zelfs waar het zich overduidelijk in iets anders manifesteert. ChristenUnie, SGP en CDA zijn geen godsdienstige maar confessionele partijen. Er komt geen parlementair onderzoek naar het massale kindermisbruik in de Katholieke kerk; zulks valt onder het canonisch recht, om precies te zijn het mysterieuze Latijnse document Crimen Sollicitationis, waarin geheimhouding centraal staat. Slachtoffers, getuigen en daders wordt door de kerk verboden naar de politie of naar de pers te gaan. Zo werkt dat in een seculier land: alles gescheiden.

Wij maken zelfs een streng onderscheid tussen godsdienstige meningen en niet-godsdienstige meningen. De eerste vallen onder de vrijheid van godsdienst, de laatste onder de vrijheid van meningsuiting. Vuistregel is dat je beide vrijheden respecteert, maar met de vrijheid van godsdienst extra voorzichtig bent, omdat de mensen die zich erop beroepen nogal snel gewelddadig worden. Zo is het bij ons mogelijk dat die twee vrijheden, die op buitenlanders misschien overkomen als één en dezelfde, met elkaar botsen. Wat in de VS een verhitte discussie zou heten, loopt hier uit op een potsierlijke rechtszaak en talloze Hitler-vergelijkingen over en weer, tot de boel is gesust met compromissen en vreemde politieke constructies, waaraan meneer Rosenthal dan weer zijn baan te danken heeft.

‘O, zit dat zo! En ze waren tevreden.’

Eén commentaar