Skip to content

De plannen

A: Hoe reageert men op de plannen?

B: Die geld krijgen zijn voor. Die geld kwijtraken zijn tegen.

A: Maar de principiƫle bezwaren?

B: Zijn die er dan?

A: Hier staat van wel.

B: Laten we daar op terugkomen.

A: Wanneer?

B: Als het te laat is.

A: Daar hou ik je aan.

Eén commentaar