Skip to content

Gezin (deel 1)

Het klinkt als een cliché en dat is het ook, maar ik kom uit een gewoon gezin. Die verhalen die je soms hoort van mishandeling en misbruik en trauma’s, daar was bij ons helemaal geen sprake van. Onze pa werkte, ons moeder deed het huishouden, ja, het klinkt als een cliché, maar zo ging het gewoon bij ons thuis.

Wij hadden niet van die ingewikkelde situaties met elkaar. Het ging gewoon zoals het ging. En dan wilde er eentje studeren, ik weet niet meer wie, en dan gebeurde dat gewoon, dan was daar gewoon geld voor. Dat haalden ze uit een kier in de muur of zo, mijn ouwelui. Want ze wisten dat ze ons toch niet tegen konden houden. Jaja. Ik heb ook nooit spannende verhalen over thuis. Als andere mensen allemaal aan het vertellen zijn over hoe hun vader dit of hun moeder dat, dan voel ik zo wel eens de behoefte om ook met een sterk verhaal te komen, maar het enige wat ik dan bedenk is dat we elkaars gezichten een keer zwart gemaakt hadden met een gebrande kurk. Tja. Maar daar deden onze ouders gewoon aan mee. Daar was niks rebels aan.

Wij begrepen ook alles wel, denk ik. We hadden overal wel een plekje voor, om het zo maar te zeggen. We maakten ons nergens echt heel druk om. Want ja, wat konden wij eraan doen? Zo een beetje. Wij waren er ook maar gewoon. Het kwam wel voor dat we aan tafel een discussie hadden. Heel beschaafd hoor. En uiteindelijk kreeg vader natuurlijk het laatste woord. Dat ging dan over, ja, waar ging dat dan over? Politiek, denk ik. We waren allemaal zo links als ratten, maar ja, dan was er ook nog de kerk hè? En als je te links werd, dan kwam het geloof in gevaar. Jaja.

(Wordt vervolgd.)